Mandje
Deze producten liggen in je winkelmandje. Klaar om je bestelling af te ronden?
Als je al een installatie hebt, dan moet die uiteraard conform zijn. Als dat niet het geval is, moeten de aansluitingen op de waterleiding en het elektriciteitsnet worden uitgevoerd door een geschoold technicus, volgens de instructies van de constructeur en volgensde geldende veiligheidsnormen.
Installeer je vaatwasmachine in een ruimte met een omgevingstemperatuur tussen 5 °C en 45 °C. Om vorstschade te vermijden mag de temperatuur nooit onder de 5°C zakken.
Zet je vaatwasmachine perfect waterpas door de poten te verstellen.. Zo voorkom je elk risico van overlopen of lekken. Als de poten slecht zijn afgesteld, kunnen er bovendien trillingen en dus storende geluiden ontstaan.
Sluit je vaatwasmachine altijd aan op een geaard stopcontact. Gebruik geen verlengdraad of meervoudige stekkers.
Moet je een elektrische installatie creëren? Dan heb je een stopcontact nodig dat is verbonden met het aardingscircuit. Voor een inbouwvaatwasmachine moet dit stopcontact zich in de kast naast de plaats van de vaatwasmachine bevinden zodat het makkelijk bereikbaar is. Het moet ook op meer dan 60 cm van een wateraftappunt worden geplaatst en worden beveiligd met een automatische zekering van 16 of 20 A. En dat is nog niet alles: ook een diffferentiaalschakelaar van 30 mA is verplicht.
Vergeet niet om de afdichting te plaatsen die (meestal) wordt meegeleverd met het apparaat. De waterafvoer moet worden aangesloten op een hoogte tussen 60 cm en 1 m.
Als de wateraansluitingen al in je woning aanwezig zijn, moet je de kleinste leiding aansluiten op de watertoevoer en de grootste op de afvoersifon.
Als je wil, kan je je vaatwasmachine en wasmachine aansluiten op dezelfde watertoevoer- en afvoer. Daarvoor heb je gewoon een dubbel afvoersysteem nodig voor het afvalwater.
Wil je je vaatwasmachine installeren zonder de courante loodgieterstechnieken, gebruik dan een zelfborende kraan. Je kan die heel snel aansluiten op de watertoevoer en -afvoer (zelfborende afvoerflens) zonder dat je de leidingen moet demonteren of doorzagen. De zelfborende kraan boort zich bij de montage automatisch doorheen de koperen of PVC-leiding.
Controleer of de afvoerleiding voorzien is van een ontluchter. Dat voorkomt afvoerproblemen en dus ook lawaai in de gootsteen als je vaatwasmachine het water afvoert. Is er geen ontluchter? Koop er dan een bij een specialist in sanitair.
Voordat je je vaatwasmachine voor het eerst gebruikt, moet je 2 dingen doen:
Heb je zonnepanelen die het sanitair water verwarmen of een boiler met een warmtepomp? Sluit je vaatwasmachine dan aan op de warmwatertoevoer. 80 % van de energie die je vaatwasmachine gebruikt, dient immers om het water te verwarmen. Controleer of de watertemperatuur niet meer bedraagt dan 60°C. Opgelet, dit is enkel mogelijk als je vaatwasmachine is uitgerust met een warmwaterinlaat.
Sluit je vaatwasmachine niet aan op je regen- of putwaterinstallatie. Dat veroorzaakt lekken en verstopt de ontharder van het apparaat.
